maandag 26 september 2016

De droom



 Hij lag op de bank en viel in slaap. Hij droomde dat hij naar de hemel ging. Bevond zich in een lange smalle tunnel en als hij naar boven keek was er een wonderlijk licht en in het licht een persoon waarvan hij zeker wist dat het de Here Jezus was.
Aan de buitenkant van de tunnel die van glas leekt te zijn zo transparant ontwaarde hij een plaats van vuur en pijn.
Als hij omhoog keek zweefde hij de Heer tegemoet maar plotseling klonk er geklop op de buitenkant van de glazen tunnel. Het was zijn ongelovige vader die in werkelijkheid twee jaar geleden gestorven was. “Zoon”, zo sprak hij, waarom gaf je op om tegen mij te getuigen?
Nu ben ik hier in deze verschrikkelijke plaats”. Hij kon hem niet langer in de ogen kijken en zweefde opnieuw naar het heerlijke licht wat hem vanboven omstraalde totdat opnieuw geklop hem stilhield. Daar zag hij zijn beste vriend die kort geleden in een auto-ongeluk om het leven kwam.
Hij had nimmer met hem over de Here Jezus durven praten, was bang dat hij hem misschien uit zou lachen. Hij wees naar hem en riep: ”Waarom heb je me nooit verteld van deze afschuwelijke plaats?”
En weer zweefde hij verder en er klonk steeds weer en harder geklop op de buitenzijde van de glazen tunnel. Door al dit kabaal schrok hij wakker en besefte dat het maar een droom was. Doch deze droom heeft zijn leven ingrijpend veranderd. Hij is niet langer bang om mensen te vertellen over zijn Heer en Heiland. Hij wilde het wel tegen de hele stad uitschreeuwen. “Jezus leeft!”

P.s soms is het wonen in de Molenwaard even een sprookje (foto gisteravond 20.00 uur)