maandag 8 februari 2016

Leeg graf


Het is al weer twintig jaar geleden dat Wilco overleed. Hij woonde in de woudstraat en was (toen) even oud als ik.

We zaten samen op de kakschool, een term die uit de gratie is geraakt, maar zoveel wilde zeggen als de kleuterschool. We maakten in de pauzes altijd papjes. Dat was een uitvinding van Wilco en wilde zoveel zeggen als: je spuugt maar  met z'n allen op een hoopje op de straat en dan roerde Wilco als een volleerd kok er zand en onkruiden door tot het  “recept” naar zijn zin was.
Ik zie het nog voor me, Wilco in die korte broek met bleke beentjes vol sproeten en voeten geschoeid met plastiekplatters (plastiek sandalen), op de hurken druk roerende in zijn zoveelste papje.
Op een begraafplaats word je stilgezet bij de vergankelijkheid van ons bestaan. Is er een leven na dit leven of houdt alles op na die luttele jaren die u en mij ter beschikking staan? Als je al die graven ziet vol mensen als jij en ik die zich ooit heel erg druk maakten over van alles en nog wat waar wij ons nu ook druk over maken, krijg je een idee hoe betrekkelijk alles is.
Een ding staat vast: het leven is uiterst vergankelijk, dus laten we het goed gebruiken. Niemand kwam ooit terug uit de dood. Al de goden en godenzonen liggen begraven in deze aarde. Hoewel, er is één graf leeg. Misschien dat dát voldoende zegt!