vrijdag 13 maart 2015

Toekomst

Een lastig woord vind ik. Het ligt als een luchtspiegeling net niet binnen handbereik, want als je denkt het te kunnen grijpen, dan schuift het een dag op naar morgen.

De eeuwigheid is een nog lastiger woord, dacht ik. Wat moet ik me eigenlijk bij de hemel voorstellen, nu we toch met moeilijke begrippen bezig zijn? Een soort kerkdienst die nooit meer ophoudt? Ik mag toch hopen van niet!

Veel mensen ervaren kerkdiensten als fijn. Hoewel ik er elementen in proef die de noemer fijn mogen dragen, dacht ik dat geloven niet per definitie alleen met fijn te maken heeft. Ook met lijden, toch? Maar dat hebben we in al die eeuwen wel weg weten te poetsen. Nee, de kerkdiensten zijn fijn, of goed, of iets van die orde. De God van nu is een oude man die bovenal erg lief is. En fijn, en eeuwig.

Ik voor mij ben altijd blij als de kerkdienst afgelopen is en ik nog niet door een bliksem uit de hemel ben neergeveld. Oh u hebt dat niet! Wel dan bent u vast een mens met een fijne kijk op de toekomst en een goed zelfbeeld.

U sluit later netjes aan in de rij heiligen om jubelend de poort van de hemel binnen te gaan.  Ik denk dat ik, als we in de rij staan, wegkruip onder de rok van Majoor Boshardt. Nou ja, dat klinkt pikanter dan het is, want het leger des heils draagt vast ondergoed van gesteven katoen dus a.u.b. geen verkeerde gedachten.  Aan de andere kant, als men dan juist het lied: de winden van het geloof aanheft, wil je ook niet onder zo’n rok zitten.